09 februari, 2017

Sokken CAL - deel 1: boord en been


Welkom bij deel 1 van de Sokken CAL!


Vandaag gaan we echt beginnen. Het is deze week veel tekst maar lees echt alles door. Het is belangrijke informatie voor als je echt goed passende sokken wilt en ik leg ook een aantal steken uit. Ben je al bekend met die steken dan kan je die informatie natuurlijk gewoon overslaan.

Even voor de duidelijkheid: het boekje "Sokken haak je zo!" van Jo An Luijken is de basis voor deze CAL. Je hebt het echt nodig!

We haken basispatroon 1 uit het boekje: Boord-naar-Teen met Hollandse hiel.

Ben je er klaar voor? Mooi! Dan gaan we nu echt beginnen.

1. Meten = weten!


Een waarheid als een koe en helemaal als het om gehaakte sokken gaat!
Meet je voeten op volgens de aanwijzingen op pagina 13. Deze maten zijn voor iedereen verschillend en wil je sokken die lekker zitten dan kan je deze stap echt niet overslaan. Waarom? Omdat haakwerk minder soepel en rekbaar is dan breiwerk en zich daardoor minder makkelijk aanpast aan de voet. Wat voor mijn maat 39 met hoge wreef en lange tenen goed zit, zit bij iemand met maat 39 en een smalle voet met lage wreef helemaal niet lekker. Dus: meten!

2. Het proeflapje


Hoe goed je sok straks past staat of valt bij het proeflapje. Het is niet mijn meest favoriete onderdeel van het haken van sokken maar je kan er echt niet om heen. Gebruik je namelijk een te dunne naald dan worden je sokken erg stijf en dat zit niet lekker. Maar gebruik je een te grote naald dan wordt je haakwerk te open en dat zit ook niet goed. Haak dus eerst een proeflapje met stokjes volgens de uitleg in het boekje op pagina 13 en 14.
Heb je dat gedaan en ben je tevreden? Dan ben je klaar voor de volgende stap. Is je haakwerk te stijf? Haak dan een nieuw proeflapje met een dikkere naald. Of is het juist te los? Gebruik dan een dunnere naald. Net zo lang tot je zelf tevreden bent.
O ja, voor ik het vergeet: wil je in de toekomst nog meer sokken haken, haak dan iedere keer weer opnieuw een proeflapje. Ieder garen en ieder patroon is namelijk anders. Garen A haak je misschien met haaknaald 2,0 mm en voor garen B is haaknaald 2,5 mm misschien geschikter. En niet ieder patroon is even rekbaar. Om teleurstellingen te voorkomen is een proeflapje dus echt noodzakelijk.

Proeflapje



















3. Rekenen


Rekenen? We zitten toch niet op school? Ja, rekenen! Maar wees gerust het is heel simpel hoor. Aan de hand van je proeflapje en de maten van je voet ga je namelijk het aantal opzetsteken en het aantal steken voor de omtrek van de voet uitrekenen. Op pagina 15 staan de formules die je daar voor gebruikt.

4. De gehaakte opzet


Zo, alles is getest en berekend. We kunnen eindelijk gaan beginnen!
Voor een mooie, soepele boord haken we de eerste toer met een gehaakte opzet. Ik zal hieronder alle stappen uitleggen met foto's er bij. Zie je liever een filmpje met uitleg en ben je in het bezit van een smartphone, scan dan de QR code in het boekje op pagina 8 of klik hier voor mijn eigen filmpje.

1. Haak een ketting van 3 lossen.
2. Sla de draad om je naald en steek in de eerste losse van de ketting in. Sla de draad om en haal hem door de losse, je hebt nu 3 lussen op je naald.




















3. Sla de draad om en haal hem alleen door de 1e lus. Dit wordt je basissteek. Zorg er voor dat je deze niet te strak aantrekt. Deze steek vervangt eigenlijk de losse waar je een stokje op haakt en je wilt deze steek graag soepel en losjes hebben. Hou deze steek vast. Je hebt hem in stap 5 nodig. Je hebt nog steeds 3 lussen op je naald.




















4. Sla de draad om, haal door 2 lussen. Sla de draad nogmaals om en haal hem door de laatste 2 lussen. Je eerste opzetstokje is klaar. De steek in het witte rondje is de basissteek die je net gemaakt hebt. In deze steek ga je nu weer insteken.




















5. Sla de draad om en steek je naald in de basissteek die je in stap 3 gemaakt hebt (in het witte rondje). Dat is de steek die je vast moest houden. Sla de draad om en haal hem door. Sla de draad om en haal alleen door de 1e lus. Dit wordt de volgende basissteek. Hou deze steek weer vast. Sla om haal door 2 lussen, sla om en haal door de laatste 2 lussen.




















Herhaal stap 4 en 5 tot je genoeg opzetstokjes hebt gehaakt.


















5. Gehaakt beginstokje


Bij het haken van sokken haak je in het rond. Aan het eind van de toer sluit je deze met een halve vaste. Veel mensen beginnen dan de volgende toer met beginlossen, in dit geval 3 voor de hoogte van een stokje. Het is een makkelijke manier het is alleen jammer dat je de lossen zo duidelijk ziet. Ze zien er echt anders uit dan de stokjes waar ze tussen staan en er ontstaat een gaatje. Een mooiere manier is het maken van een gehaakt beginstokje. Hieronder leg ik alle stappen met foto's uit. Zie je liever een filmpje met uitleg en ben je in het bezit van een smartphone, scan dan de QR code in het boekje op pagina 9 of klik hier voor mijn eigen filmpje.

1. Na het sluiten van de vorige toer met een halve vaste trek je de lus op je haaknaald op tot de hoogte van een stokje. Hou deze lus vast met je wijsvinger.





















2. Draai nu je haaknaald van voor naar achter onder de lus door om een omslag te maken en hou ondertussen de lus stevig vast met je wijsvinger. Je hebt nu 2 "lussen" op je naald staan.





















3. Sla de draad om en haal deze onder de eerste "lus" door.





















4. Sla de draad weer om en haal hem door de laatste 2 lussen. Je gehaakte beginstokje is nu klaar. Haak de toer af met stokjes en sluit met een halve vaste. Voor de volgende toer haak je eerst weer een gehaakt beginstokje.




















6. De boord


Om een mooie soepele, rekbare boord te krijgen, haken we deze met reliëfstokjes. Ook hier is een filmpje voor dat je met de QR code op pagina 10 van het boekje op je smartphone kan bekijken. Maar uiteraard leg ik het hier onder ook uit met behulp van foto's. Of je klikt hier voor mijn eigen filmpje.

1. Zet met de gehaakte opzet het aantal steken op dat je nodig hebt. Sluit de sliert met een halve vaste tot een cirkel zonder de steken te draaien.
2. Maak een gehaakt beginstokje (of 3 lossen).
3. Haak nu om en om een reliëfstokje voor en een reliëfstokje achter. Zelf zie ik het gehaakte beginstokje altijd als een reliëfstokje achter. Mijn eerste steek wordt dus een reliëfstokje voor. Om een reliëfstokje te haken, haak je om de onderliggende steek heen in plaats van in de bovenkant van de steek. Het eerste reliëfstokje voor haak je als volgt:
4. Sla de draad om. Steek je naald van voor naar achter tussen de 1e en 2e steek in. Steek je naald vervolgens van achter naar voor tussen de 2e en 3e steek. 




















5. Sla om en haal door.





















6. Sla om en haal door 2 lussen, sla om en haal door de laatste 2 lussen.




















7. Haak nu als tweede een reliëfstokje achter op de volgende manier: sla de draad om. Steek je naald van de achterkant van je werk naar de voorkant tussen de 3e steek en de 4e steek in. Steek je naald vervolgens van voor naar achter tussen de 4e en 5e steek in.





















8. Sla om en haal door.






















9. Sla om en haal door 2 lussen, sla om en haal door de laatste 2 lussen.





















10. Haak op deze manier de toer af en sluit de toer met een halve vaste.
11. Maak een gehaakt beginstokje en haak vervolgens een beginstokje en haak om alle reliëfstokjes voor een reliëfstokje voor en om alle reliëfstokjes achter een reliëfstokje achter.

Let op: begin iedere toer met een gehaakt beginstokje (of 3 lossen) en sluit iedere toer met een halve vaste.

Haak de boord tot ongeveer 5 cm of tot een hoogte die je zelf mooi/prettig vindt. Ik heb zelf in totaal 9 toeren met reliëfstokjes gehaakt.


Boord
Boord detail

Als je klaar bent, pas dan even of je de boord makkelijk over je wreef krijgt. Is hij te strak? Begin dan overnieuw met een paar steken extra. Is hij te los? Begin dan opnieuw met een paar steken minder. Doe het echt anders heb je straks sokken die je óf niet aankrijgt óf die afzakken!


7. Het been


We gaan verder met het been. Deze wordt gehaakt in stokjes. Begin iedere toer met een gehaakt beginstokje en sluit iedere toer met een halve vaste.
Haak het been tot de lengte die je zelf wilt. De meeste sokken zijn ongeveen 18 tot 20 cm hoog. Het been stopt bij de hiel, ongeveer 6 cm boven de grond (afhankelijk van je schoenmaat). Zelf heb ik 15 toeren gehaakt voor het been.


 
Op de rechterfoto zie je het been met in het midden de gehaakte beginstokjes van iedere toer. Zoals je ziet zijn ze niet helemaal onzichtbaar maar wel veel mooier dan drie lossen. Om er voor te zorgen dat deze "lijn" aan de binnenkant van je been zit, gaan we een linker- en een rechtersok haken. Hoe? Dat komt volgende week ;)

Blijf je sok regelmatig even passen om te zien of hij lekker zit en of je het been al lang genoeg vindt.

Nog een tip: schrijf op wat je bij de eerste sok doet! Aantal opzetsteken, aantal toeren voor de boord en aantal toeren voor het been. Zo kan je de tweede sok precies hetzelfde haken. Anders moet je na de eerste sok je proberen te  herinneren wat je gedaan hebt en alles tellen op je eerste sok en dat is heel vervelend (vraag me niet hoe ik dit weet!).

Zo, dat was het voor deze week. Viel het mee? Heb je vragen? Nieuwe dingen geleerd? Loop je ergens op vast? Laat het me vooral weten dan probeer ik je te helpen. Dat kan hier op mijn blog maar ook op Facebook of via een email.

Huiswerk voor deze week: haak de boord en het been. Als je klaar bent kan je natuurlijk alvast met de tweede sok beginnen. Donderdag 16 februari gaan we verder met de grote en de kleine hiel.

Succes!

Marjolein

8 opmerkingen:

  1. ben nog aan het stoeien, maar geef niet op, tot volgende week

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Kom je er inmiddels al uit? Je mag me altijd een mailtje sturen voor hulp!

      Verwijderen
  2. Nu wachten op donderdag, leuk om te doen

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Ik ga een poging wagen :-)) Groetjes Tinne

    BeantwoordenVerwijderen
  4. Ik worstel nog met het proeflapje. Is er een richtmaat (zoals bij sokken breien?) waar ik me op kan baseren voor het proeflapje? Ik ben vooral breister en heb maar weinig haakervaring, hierdoor weet ik niet zo goed wanneer ik "ongeveer in de buurt kom"...Ik werk met Regia-garen (420m per 100g)

    Groetjes,
    Ellen

    BeantwoordenVerwijderen
    Reacties
    1. Ellen stuur me anders even een email, dat "praat" wat makkelijker: marjolein@haakbaak.nl

      Verwijderen