En is het iedereen gelukt om de boord en het been te haken? Ging het heel goed en heb je zelfs al een begin gemaakt met sok 2? Of haak je eerst de ene sok en daarna de andere sok? Hoe dan ook, vandaag gaan we verder met deel 2 van onze sokken CAL: de grote en kleine hiel.
1. Grote hiel
De grote hiel (ook wel hielflap genoemd) bepaalt de hoogte van de hiel en is niet meer dan een simpel lapje dat heen en weer gehaakt wordt over de helft van het aantal steken. In dit patroon haken we de Hollandse hiel die bekend staat om zijn goede pasvorm.
Tijdens het haken ontstaat er op het been een soort "lijn" die veroorzaakt wordt door het sluiten van de toer en het maken van een gehaakt beginstokje. Door een rechtersok en een linkersok te haken, zorg je er voor dat deze lijn aan de binnenkant van je been komt te zitten en daardoor minder opvalt. Met het haken van de grote hiel bepaal je of je sok een rechter- of een linkersok wordt.
Belangrijk: eindig elke toer met een keerlosse en haak de 1e vaste in de laatste vaste van de voorgaande toer.
Rechtersok
Keer je werk om en haak op de verkeerde kant vasten over de helft van je totale aantal steken. Na iedere toer keer je je werk om en haak je vasten tot de gewenste hoogte van je hielflap. Ik haakte 18 toeren voor ca. 5,5 cm. hoogte. Pas je sok af en toe om te zien of de hiel al hoog genoeg is. Ik trek dan de sok aan en vouw de hielflap rond mijn hiel. Als de sok goed zit en de hielflap raakt de grond dan ben je klaar. Zorg er voor dat je eindigt met een toer op de goede kant!
Linkersok
Haak vasten op de goede kant over de helft van je totale aantal steken. Na iedere toer keer je je werk om en haak je vasten tot de gewenste hoogte van je hielflap. Voor de linkersok haakte ik 19 toeren. Eindig weer met een toer op de goede kant.
|
Voorkant sok met de grote hiel
|
|
Zijkant sok met gehaakte beginstokjes
|
2. Kleine hiel
De kleine hiel zorgt er voor dat de hielflap zich om je hiel heen vouwt. Het is een u-vormig stukje dat je met verkorte toeren haakt. Het is niet moeilijk om te doen maar je moet - zeker in het begin - heel goed opletten en blijven tellen. Hieronder leg ik de eerste vier toeren van de kleine hiel uit. Mocht je liever zien hoe ik de kleine hiel haak, klik dan hier voor een filmpje.
Belangrijk: sla de 1e vaste van de toer niet over! Plaats eventueel een steekmarkeerder door de laatst gehaakte vaste.
Toer 1 (verkeerde kant): vasten tot het midden van de grote hiel + 1 over het midden. Maak dan een onzichtbare mindering. Haak nog 1 vaste, een keerlosse en keer je werk om.
Toer 2 (goede kant): 3 vasten + 1 over het midden. Haak een onzichtbare mindering, 1 vaste, een keerlosse en keer je werk om. Je hebt nu 6 vasten gehaakt.
Toer 3 (verkeerde kant): 5 vasten, onzichtbare mindering over de laatste vaste van toer 2 en de eerstvolgende vaste van de grote hiel, 1 vaste, keerlosse en keer je werk om. Je hebt nu 7 vasten gehaakt.
Toer 4 (goede kant): 6 vasten, onzichtbare mindering over de laatste vaste van toer 3 en de eerstvolgende vaste van de grote hiel, 1 vaste, keerlosse en keer je werk om. Je hebt nu 8 vasten gehaakt.
Haak zo door tot aan beide kanten alle vasten van de grote hiel zijn weggehaakt. De laatste toer is op de goede kant van je werk. De hiel is nu klaar en het lastigste gedeelte heb je nu gehad. Pas je sok vooral nog een keer aan om te kijken of hij goed zit.
|
Kleine hiel
|
|
Boord, been, grote en kleine hiel
|
En, gelukt? Heb je vragen? Loop je ergens op vast? Vertel het me vooral zodat ik je kan helpen. Dat kan hier op mijn blog, op Facebook of via een email.
Huiswerk voor deze week: haak de grote en de kleine hiel. Ben je klaar met de rechtersok, haak dan vooral verder aan je linkersok. Donderdag 23 februari gaan we de spie haken.
Succes!
Marjolein