30 maart, 2017

Tunische steek van de week - week 3: de Tunische rechte steek

Vorige week haakte ik de gewone Tunische steek achterlangs. Vandaag ga ik je laten zien hoe je de Tunische rechte steek haakt. Het resultaat lijkt heel erg op de gebreide rechte steek, vandaar natuurlijk ook de naam.


De Tunische rechte steek.




















De Tunische rechte steek


Het lapje van vorige week bleef keurig plat liggen, weet je nog? Nou het lapje van deze week juist niet! Het krult helemaal op. Door goed op te spannen ga je dat tegen en wordt je lapje alsnog plat. Deze steek levert een dik, stevig lapje op wat mij heerlijk lijkt voor een winterse sjaal. Of natuurlijk voor een lekker dikke woondeken met bijpassend kussen.
Volg de geschreven uitleg of kijk naar de instructievideo.

1. Eerst haak je weer een basis toer. Ik begin zelf weer met 21 lossen (op de foto's en in de video haak ik 10 lossen).

2. De eerste steek sla je weer over.
Nu gaan we eerst goed naar de volgende steek kijken. Aan de voorkant zie je het verticale lusje waar je met je haaknaald onder door gaat voor de gewone Tunische steek. Aan de achterkant zie je het verticale lusje waar je met je haaknaald onder door gaat voor de gewone Tunische steek achterlangs.  Je gaat nu je haaknaald tussen die twee lusjes door helemaal naar achteren steken.


Tussen de voorste en achterste verticale lus door.

Van boven gezien.























3. Maak een omslag en haal deze helemaal door je haakwerk heen naar voren. Je hebt nu twee lussen op je haaknaald.

4. Ga zo door tot de laatste steek.

5. De laatste steek haak je zoals altijd: steek de haaknaald onder de twee lusjes aan de zijkant, sla om en haal door.


Laatste steek: onder beide lusjes aan de zijkant insteken.












6. De teruggaande toer is hetzelfde als bij de vorige steken. Je haakt eerst één losse, dan sla je om en haalt de draad door twee lusjes net zolang tot je nog maar één lus op je haaknaald hebt staan.


Afkanten: eerst één losse...

... dan omslaan en door twee lussen halen.























Herhaal deze twee toeren tot je een vierkant lapje hebt. Ik haakte hier voor 25 toeren.

Afkanten


Nu gaan we het lapje weer netjes afkanten. Dat doe je door net als in de heengaande toer te haken alleen haal je dan iedere omslag ook meteen door de lus op je haaknaald. Zo blijf je één lus op je haaknaald houden. Knip de draad door en haal deze door de laatste lus.


Afkanten: tussen de twee lussen door naar achter...

... omslaan, doorhalen en ook door de lus
op de naald halen.

Klaar!




































En dat was de steek van deze week. Vind je hem leuk? Het effect is dat van breiwerk, erg mooi! Het resultaat is een dikker lapje dan de andere lapjes. En je moet meer toeren haken voor een vierkantje omdat je steken korter zijn.

Volgende week de 4e steek. Tot dan!
Marjolein

28 maart, 2017

Kleurinspiratie - paraplu's

Foto gemaakt door Marjolein Flick
























Deze kleurrijke paraplu's zagen we in Turkije. Het was zo'n gezelllig gezicht! De vrolijke kleurtjes tegen de strakblauwe hemel zorgden voor een kleurrijke versiering van het straatje.

Heb je zin om met deze vrolijke kleuren iets moois te maken? Ga dan snel naar de Haakbaak voor onderstaande kleuren Scheepjes "Catona". Leuk voor een vrolijke tas of picknickkleed. Of maak er eierdopjes of eierwarmers voor Pasen van!



25 maart, 2017

Christels Knuffels - boekverslag

De boekjes van Christel Krukkert zijn immens populair bij heel veel haaksters. Of ze nu amigurumi ontwerpt of autootjes of letters en cijfers, de boekjes gaan als warme broodjes over de toonbank. En dat is ook niet zo vreemd want ze heeft een heel eigen stijl die veel mensen aanspreekt. Eén van haar nieuwste boeken is "Christels Knuffels", een boekje waar grotere knuffels de hoofdrol in spelen. En het leuke is: ze hebben allemaal kleding die je aan en uit kunt trekken én onderling kan wisselen! Zo haak je een hele garderobe.




















Inhoud:
na het voorwoord kom je op de inhoudspagina's waar je in één oogopslag kunt zien welke dieren je kunt haken en wat hun kledingstukken zijn. Daarna volgt het hoofdstuk tips en technieken waar alle afkortingen, gebruikte materialen en steken worden beschreven. De steken worden duidelijk uitgelegd met behulp van tekst en tekeningen. Ook worden diverse technieken uitgelegd zoals het haken in het rond, het wisselen van kleur en het netjes afwerken en opvullen van je werkstuk. Dan komt het basispatroon voor het lijf. Alle beesten hebben hetzelfde lijf waardoor het uitwisselen van de kledingstukken mogelijk is. Het past altijd! Na nog een mooie overzichtsfoto van alle beesten in hun kleding komen de patronen. Helemaal achterin het boek is nog een overzichtsfoto van alle beesten maar daar hebben ze allemaal andere kleding aan.
Nederlandstalig, 8 verschillende dieren, 79 pagina's.














Patronen:
ieder patroon begint met een mooie grote foto. Dan een korte beschrijving en een blok waar in staat vermeld wat je nodig hebt voor het patroon. Ieder onderdeel van het patroon begint op een nieuwe alinea en iedere toer begint op een nieuwe regel. Aan het eind van de toer staat hoeveel steken je moet hebben. Ook de afwerking staat duidelijk beschreven. Zoals we van Christel gewend zijn, zijn alle patronen duidelijk en overzichtelijk geschreven.














Conclusie:
hou je van het haken van dieren maar wil je eens iets anders dan de gebruikelijke amigurumi? Dan is dit boek echt iets voor jou. Of je ze nu met of zonder kleding maakt of dat je ze een complete garderobe geeft, dit boek staat garant voor heel wat uurtjes haakplezier!



23 maart, 2017

Tunische steek van de week - week 2: gewone Tunische steek achterlangs

Vorige week liet ik je zien hoe je de basis toer en de gewone Tunische steek haakt. Vandaag ga ik je laten zien hoe je de gewone Tunische steek achterlangs haakt, een variatie op de gewone Tunische steek.


Gewone Tunische steek achterlangs




















De gewone Tunische steek achterlangs


Zoals je vorige week gemerkt hebt en nog wel vaker zult zien, krullen heel veel Tunische steken om bij de onder- en bovenrand. Deze steek doet dat niet. Het lapje is keurig plat. Daarnaast is het dicht maar toch redelijk soepel. Aan de voorkant ontstaan allemaal bobbeltjes terwijl de achterkant er uit ziet als breiwerk. Leuk voor bijvoorbeeld vesten, dekens en kussens.
Volg de geschreven uitleg of kijk naar de instructievideo.

1. Je begint uiteraard weer met het haken van de basis toer. Ik heb zelf weer 21 lossen gehaakt (voor de foto's en in het filmpje heb ik 10 lossen opgezet).

2. De eerste steek sla je over.
In plaats van je haaknaald van rechts naar links onder het voorste verticale lusje te steken zoals bij de gewone Tunische steek, steek je nu je haaknaald van rechts naar links onder het achterste verticale lusje door. Dit lusje is eigenlijk het tweelinglusje van het voorste verticale lusje. Ik vind het zelf het makkelijkst om mijn werk naar voren te draaien zodat ik de steken makkelijker zie.

Van rechts naar links onder het achterste verticale lusje.











Zo ziet het er aan de achterkant uit.











3. Maak een omslag en haal door. Je hebt twee lusjes op je haaknaald.

4. Herhaal met alle achterste verticale lusjes tot de laatste steek.

Insteken...











... omslaan en doorhalen.






5. De laatste steek haak je weer net zoals bij de gewone Tunische steek. Je steekt de haaknaald door beide lusjes die je aan de zijkant ziet. Maak een omslag en haal door.

Laatste steek: haak aan de voorkant door beide lussen.

6. De teruggaande toer is hetzelfde als bij de gewone Tunische steek. Je haakt eerst één losse, dan sla je om en haalt de draad door twee lusjes net zolang tot je nog maar één lus op je haaknaald hebt staan.

Teruggaande toer: eerst een losse haken...

... daarna omslaan en door twee lussen halen.





















Herhaal deze twee toeren tot je een vierkant lapje hebt. Ik haakte hier voor 22 toeren.

Afkanten


Nu gaan we het lapje nog netjes afkanten. Dat doe je door net als in de heengaande toer te haken alleen haal je dan iedere omslag ook meteen door de lus op je haaknaald. Zo blijf je één lus op je haaknaald houden. Knip de draad door en haal deze door de laatste lus.

Van rechts naar links onder het achterste verticale lusje,
omslaan en door twee halen tot het eind.

Klaar!


























En dat was de steek van deze week. Vind je hem leuk? Ik vind het zelf erg leuk om te zien dat er door de manier van insteken te veranderen meteen een heel ander effect ontstaat. Doordat je aan de achterkant van het werk insteekt, duw je eigenlijk de bovenste rand van je haakwerk naar voren waardoor de ribbeltjes ontstaan.

Volgende week de 3e steek. Tot dan!
Marjolein

21 maart, 2017

Haakpatronen - taartjes

Ik ben dol op bakken. Taarten, gebakjes, koekjes het maakt me niet uit, ik vind het allemaal even leuk (en lekker!). Ik doe het graag maar beperk me tot de verjaardagen omdat mijn lijn iets minder blij is met al deze heerlijkheden. Maar ik haak ook graag en gelukkig zijn er heel veel patronen te vinden voor gehaakte taartjes en taarten. Ik blij en ook mijn jongste dochter blij want: wéér een nieuwe taart voor in haar keukentje!

Om te beginnen deze heerlijke Angel Food Cake met aardbeien. Een gratis, engelstalig patroon. Je kan hier twee verschillende taarten mee maken: de ene versie is dicht en opgevuld als speelgoedtaart, de andere versie is een soort doosje waar je van alles in kan verstoppen.




















Speciaal voor mijn oudste dochter: donuts! Ze is dol op deze gefrituurde rondjes met veel te zoete glazuur. Ze krijgt ze dan ook maar heel af en toe zodat het een echte traktatie blijft. Deze gehaakte varianten zijn veel gezonder! Gratis, engelstalig patroon.


















En wat dacht je van deze kersenvlaai? Dit is een taartje waar ik mijn man heel erg gelukkig mee kan maken. Hij is dol op kersen! Ook dit patroon is gratis en in het engels.
















En deze ziet er ook al zo heerlijk uit: een citroentaartje met eiwitschuim bovenop! Gratis engelstalig patroon.


















Of wat dacht je van deze moorkop? Het favoriete gebakje van mijn man. Gratis en in het nederlands.
















En van dezelfde ontwerpster één van mijn favoriete gebakjes: de tompouce. Ook weer gratis en in het nederlands.
















En als laatste de favoriete koekjes van mijn dochters: oreo's! Gratis engelstalig patroon.




















Zelf haak ik deze taarten, gebakjes en koekjes het liefst met katoen zoals Scheepjes "Catona", Schoeller & Stahl "Limone". Maar je kan ze natuurlijk van ieder garen maken dat je zelft wilt. Onthoud wel: hoe dikker het garen hoe groter het eindresultaat!

18 maart, 2017

Zoomigurumi 6 - boekverslag

De Zoomigurumi reeks is bij veel amigurumi-haaksters bekend én populair en dat vind ik niet zo vreemd. De mooiste patronen voor amigurumi van over de hele wereld worden in deze boeken bij elkaar gebracht en ook "Zoomigurumi 6" is hierop geen uitzondering. Joke Vermeiren is het namelijk wéér gelukt om de meest schattige amigurumi patronen te vinden en te bundelen in alweer het zesde deel van deze geweldige reeks boeken.



Inhoud:
na een motiverend voorwoord volgt een hoofdstuk dat helemaal gewijd is aan alles wat je nodig hebt voor het haken van deze patronen. Verder wordt er verteld wat de verschillende leestekens in de patronen betekenen en hoe je kan zien wat de moeilijkheidsgraad van het patroon is. Vervolgens komt er een hoofdstuk dat dieper in gaat op alle gebruikte steken en technieken. Naast de uitgebreide tekst wordt alles extra verduidelijkt met duidelijke tekeningen. Daarna kan je aan de gang met de patronen. Het boek eindigt met een dankwoord.
Nederlandstalig, 15 patronen, 128 pagina's.













Patronen:
ieder patroon begint met een mooie grote foto van het beestje en een korte introductie van het karakter van het beestje. In een apart kader vind je de naam van de ontwerpster, de moeilijkheidsgraad, grootte en het gebruikte materiaal. Ieder onderdeel van het patroon begint op een nieuwe alinea en iedere toer begint op een nieuwe regel. Daarnaast heeft ieder patroon een eigen achtergrondkleur die ook doorgevoerd wordt in de tekst. Overal wordt duidelijk aangegeven wanneer je bijvoorbeeld oogjes moet bevestigen of wanneer je moet beginnen met opvullen. Ook de afwerking van het beestje wordt uitvoerig en tot in detail beschreven.













Conclusie:
iedere fan van amigurumi zou deze boekenreeks in haar kast moeten hebben staan. De patronen zijn geweldig, zitten goed in elkaar en zitten vol kleine details die de beestjes echt een eigen karakter geven. De beschrijvingen zijn helder en gedetailleerd waardoor het haken van de patronen een feestje wordt.
Heb je de eerste vijf delen al in huis? Dan mag dit boek echt niet aan je verzameling ontbreken. Heb je nog helemaal geen Zoomigurumi boeken? Dan is dit een perfect boek om je verzameling mee te beginnen!


16 maart, 2017

Tunische steek van de week - week 1: basis toer en gewone Tunische steek

Eén van mijn voornemens voor 2017 is om Tunisch te leren haken. Het is een techniek die me al een tijdje fascineert en waar ik heel graag meer over te weten wil komen. En omdat er vast meer zijn die dat willen, heb ik besloten om één keer per week op donderdag een Tunische steek uit te leggen op mijn blog.

Voor iedereen die niet weet wat Tunisch haken is: dat is het haken met een lange haaknaald of een haaknaald die verlengd is met een kabel. Waarom die lange haaknaald? Omdat je bij Tunisch haken in een heengaande toer eerst allemaal steken op je haaknaald opneemt om die vervolgens allemaal af te haken in een teruggaande toer. Afhankelijk van je project heb je meer of minder steken die op je haaknaald komen. Je kan je vast wel voorstellen dat je voor een deken veel meer steken nodig hebt dan voor een klein vierkantje of een sjaal. Vandaar ook die kabels. Je schroeft ze aan je haaknaald en ze zijn verkrijgbaar in verschillende lengtes. Verder is het handig om te weten dat Tunisch haakwerk over het algemeen een dikkere stof oplevert dan gewoon haakwerk. Neem daarvoor een haaknaald 1 mm dikker dan je zou gebruiken voor standaard haakwerk.


Tunische haaknaald van 30 cm lang

Tunische haakpunten en een verlengingskabel.


Om te beginnen leg ik vandaag eerst uit hoe je de basis toer haakt. Deze basis toer is het begin voor al je Tunische haakwerk. Vanuit de basis toer kan je alle Tunische steken haken die je wilt. Daarna leg ik de eerste steek uit, de gewone Tunische steek. En tenslotte laat ik je zien hoe je je haakwerk net als bij het breien afkant.

Ik ga zelf vierkantjes haken van alle steken. De bedoeling is om ze aan het eind allemaal aan elkaar te haken. Afhankelijk van het aantal vierkantjes wordt het dan een deken, kussen of tas. Ik haak zelf met Scheepjes Softfun en Softfun Denim. Ik gebruik daarvoor een Tunische haaknaald van 5 mm met een verlengkabel 20 cm. Voor kleine vierkantjes is het niet heel erg noodzakelijk om deze te hebben. Met een gewone rechte haaknaald kom je ook al een heel eind. Alleen de ergonomische haaknaalden zijn hier niet voor geschikt omdat de werkelijke haaknaald erg kort is door het handvat waar ze in vast zitten. Heb je zin om mee te doen? Laten we dan snel beginnen!

De basis toer


1. Om Tunisch haakwerk te beginnen, haak je altijd eerst een lossenketting. Voor mijn vierkantjes haak ik 21 lossen maar meer of minder kan en mag natuurlijk ook. Voor de foto's en video's gebruik ik overigens 10 lossen.
Daarna ga je vanuit de lossenketting steken op je haaknaald zetten. Dat kan je doen door in het v´tje van de lossen te steken maar mijn voorkeur gaat uit naar het bobbeltje onder de losse. Als je daar in steekt, komen de v´tjes aan de onderkant van je haakwerk wat het straks makkelijker maakt om je vierkantjes aan elkaar te haken.
Volg de geschreven uitleg of kijk naar de instructievideo.


v'tjes
bobbeltjes



























2. De eerste steek sla je bij Tunisch haken altijd over, je begint dus bij de 2e losse vanaf de haaknaald. Je steekt je haaknaald in, maakt een omslag en haalt de omslag door. Je hebt nu 2 lussen op je haaknaald. Je steekt nu je haaknaald weer in een nieuwe losse, maakt weer een omslag en haalt deze weer door. Je hebt nu 3 lussen op je haaknaald. Zo ga je door tot de laatste losse. Je hebt dan 21 lussen op je haaknaald want: je begint met 21 lossen dan heb je aan het einde van de heengaande toer ook 21 lussen op je haaknaald (of zoals op de foto's en in de video's 10 lussen).


Insteken ...

... omslaan en doorhalen

Alle lussen op de haaknaald










































3. In de teruggaande toer sluit je alle steken. Dit doe je op de volgende manier. De eerste steek is altijd een losse. Je maakt een omslag en haalt deze door de eerste lus op je haaknaald. Daarna maak je een nieuwe omslag maar deze keer haal je deze door 2 lussen. Maak weer een omslag en haal deze door de volgende 2 lussen. Haak zo verder tot je nog maar 1 lus op je haaknaald hebt staan.


Eerst een losse haken ...

... dan omslaan en door twee lussen halen ...

... tot je nog maar 1 lus op je haaknaald hebt staan









































Je hebt nu de basis toer gehaakt. Vanuit deze basis toer kan je iedere Tunische haaksteek haken die je maar wilt. Ieder Tunisch patroon begint dus met deze basis toer.



De gewone Tunische steek


De eerste steek die we gaan leren is de gewone Tunische steek. Deze steek levert een lapje op dat dicht maar - afhankelijk van de dikte van je haaknaald natuurlijk - toch soepel is. Een makkelijke steek met een mooi uiterlijk dat uitermate geschikt is voor bijvoorbeeld tassen, kussens, dekens of vesten. Omdat deze steek mooie vierkantjes oplevert, is hij ook heel geschikt om kruissteekjes op te borduren.
Volg de geschreven uitleg hieronder of kijk naar de instructievideo.


Gewone Tunische steek





















1. Je begint met het haken van een basis toer. Ik heb 21 steken opgezet voor mijn vierkantje.


Basis toer













2. De eerste steek sla je over. De eerste steek van je lapje wordt namelijk gevormd door het lusje dat al op je haaknaald staat. Steek nu je haaknaald van rechts naar links onder het 2e verticale lusje door. Maak een omslag en haal door. Je hebt nu weer 2 lussen op je haaknaald staan. Steek je haaknaald van rechts naar links onder het volgende verticale lusje door, maak een omslag en haal door. Je hebt nu 3 lussen op je haaknaald staan. Ga zo door tot en met de één na laatste steek.


Van rechts naar links onder het 2e verticale lusje door ...

... omslaan ...

... en doorhalen.

Insteken van rechts naar links, omslaan en doorhalen.












































3. De laatste steek is iets anders. In plaats van dat je de haaknaald onder het verticale lusje steekt, steek je hem óók door het lusje dat daarachter ligt. Door de laatste steek op deze manier te haken, voorkom je gaatjes langs de rand en zorg je er voor dat je ook aan de zijkant mooie v´tjes krijgt net als aan de andere zijkant. Dat maakt het aan elkaar haken/naaien van je vierkantjes een stuk gemakkelijker.  Maak een omslag en haal door. Je hebt nu als het goed is weer evenveel lusjes op je haaknaald als lossen waar je mee begonnen bent.


De laatste steek haak je door beide lusjes.













De heengaande toer is klaar!












4. Nu gaan we de toer weer sluiten. Dit doe je op dezelfde manier als bij de basis toer. Je haakt eerst 1 losse door een omslag te maken en deze door de eerste lus te halen.


De 1e steek voor de teruggaande toer is een losse.












5. Maak een omslag en haal deze nu door 2 lussen. Maak weer een omslag en haal deze door de volgende 2 lussen. Ga zo door tot je nog maar 1 lus op je haaknaald hebt staan.
Herhaal deze twee toeren tot je een vierkant lapje hebt. Ik haakte hier voor 19 toeren. Je kan controleren of je lapje vierkant is door je lapje diagonaal dubbel te vouwen. Als alle zijkanten op elkaar liggen is het vierkant.


Daarna telkens omslaan en door twee lussen halen.














Van rechts naar links insteken.

Omslaan en door twee lussen halen.























Nu is je lapje klaar maar heb je aan de bovenkant nog allemaal gaatjes. Deze gaan we dichtmaken met een afsluitende toer door te gaan afkanten. Dit lijkt een beetje op het afkanten van breiwerk.


Je lapje na 2 heen- en teruggaande toeren.













Afkanten



Je slaat de eerste steek zoals altijd weer over. Je steekt vervolgens je haaknaald van rechts naar links onder het verticale lusje van de 2e steek. Je maakt een omslag en haalt hem nu niet door 1 maar door beide lusjes. Zo hou je 1 lus op je haaknaald. Steek je haaknaald van rechts naar links onder het volgende verticale lusje door, maak een omslag en haal hem door 2 lussen. Zo ga je door tot je alle steken hebt afgekant. Knip de draad door en haal deze door de laatste lus.


Insteken ...

... omslaan ...

... en door beide lussen halen.

Insteken, omslaan ...

... en door beide lussen halen.
























































Zoals je ziet zijn nu alle gaatjes aan de bovenkant dicht en is je lapje netjes afgewerkt.

Klaar!














Zo, dat was de eerste Tunische steek van de week. Ik vond hem leuk om te doen. Helemaal niet moeilijk en het effect van de steek vind ik super. Het idee om hier op te borduren spreekt me ook heel erg aan.

Wat vond jij er van? Heb je Tunisch haken al ontdekt? Of wil je er meer van weten en ga je met me meehaken? Ik ben benieuwd!

Marjolein